Azzurra
- Luc Vos –
Het pad is overgroeid, ik aarzel.
Waarom ben je hier terug?
Je weet waarom.
Dat kan niet.
‘Dag,’ zei ze.
‘Dag,’ antwoordde ik en keek naar het ruwe pad aan de rand van de klif.
Ze was mooier dan enige vrouw die ik eerder had gezien. Haar lange haren golfden in de hete augustus zon. Haar huid was glad en droog, niet zoals de mijne, vol zweetdruppels.
‘Ik heet Mira.’ Haar hand was heerlijk koel. Ik vervloekte mijn zweethanden, maar ze leek het niet te merken.
‘Ik … mijn naam …’
Ik geraakte niet uit mijn woorden, de glimlach om haar prachtige lippen bleef even lieflijk. Ze lachte niet met mij, maar wachtte tot ik er klaar voor was.
‘Pieter,’ bracht ik eindelijk moeizaam uit.
‘Dag Pieter.’ Ze liet mijn hand los. Een steek van spijt drong in mijn borst, een ogenblik wilde ik haar hand opnieuw grijpen, bang dat ik haar nooit opnieuw zou voelen.
‘Ik ben blij je te leren kennen,’ zei ze.
Ik wilde iets antwoorden, maar ze keerde om en liep weg. Ze wuifde zonder op te kijken, ik kon enkel zien hoe haar prachtige lichaam, enkel gekleed in een bikini en een lichte doek om haar ronde heupen gewikkeld, zich van mij verwijderde.
Volg haar.
Ik durf niet.
Je moet.
Mijn rechtervoet slaagde er met veel moeite in om een stap naar voor te zetten toen haar zoete stem mij bereikte.
‘Tot morgen,’ riep ze, mijn voet zakte weer in het zand.
‘Heb je mij gemist?’ vroeg ze.
Ik schrok door de zachte handen voor mijn ogen, de geur van lavendel drong in mijn neus. Ze wachtte niet op antwoord, liet zich naast mij in het zand zakken. Haar naakte been drukte tegen het mijne, opwinding trok een spoor van vernieling door mijn lijf. De woorden die ik de hele nacht had liggen oefenen, de kalmte waar ik zo hard aan had gewerkt, alles vloog in een klap aan flarden.
‘Eh, ja.’
‘Ik jou ook,’ riep ze en drukte een kus op mijn wang.
De laatste weerstand was verdwenen, ze mocht vanaf nu alles doen wat ze wilde met mij. Ze had een andere bikini aan, nog mooier dan die van gisteren, de doek om haar lenden was er niet, ik kon slechts met veel moeite mijn ogen van haar lichaam houden.
‘Vind je mij mooi?’ vroeg ze. Ze ging voor mij staan, draaide drie keer om haar as en ging toen in kleermakerszit op mijn benen zitten. ‘Vind je mij sexy?’
Ik weet niet wat het is dat toen uit mijn keel kwam, maar het waren geen woorden.
‘Ik beschouw dat als een ja.’ Ze schoof dichterbij, legde haar handen op mijn bovenbenen, een duidelijk voelbare rilling trok door mijn lijf.
Kalm blijven! Niet opgewonden worden!
Uit alle macht probeerde ik weg te kijken van haar, maar ze bestudeerde mijn kruis en keek met een glimlach naar het effect dat ze op mij had. De glimlach bleef, maar net zoals gisteren was er geen spoor van lachen met mij te bespeuren. ‘Ben ik …’ Ze drukte een kus op mijn mond. ‘Jouw eerste vrouw?’
Een nieuwe kreun ontsnapte aan mijn mond, mijn hoofd was vol en leeg tegelijk. Ik dacht aan alles wat er te gebeuren stond, geen enkele gedachte slaagde erin op een ordentelijke manier tot een einde te komen. Ik voelde me in de zevende hemel, tegelijkertijd woelde een wilde paniek door mijn lijf.
Wat moet ik doen?
Ze gaat jou laten vallen als je niet snel handelt.
Maar wat …
Hoe …
Waarom ik …
Ik …
Ze legde een hand op mijn borst, de koelte van haar vingers op mijn door enkele borstharen geplaagde huid, voelde ongelooflijk goed.
‘Rustig, Pieter. Alles komt goed.’ Een nieuwe kus op mijn lippen, ik kon niet anders dan mijn ogen sluiten en haar de leiding laten nemen.
‘Ken je Het werd zomer van Rob de Nijs?’
‘Eh, ja, nee, ik weet niet.’
Ze lachte. ‘Geeft niet. Zoek het straks maar op. Erna.’
Een ogenblik wilde ik vragen waarna, ze gaf me de kans niet. Ze sprong overeind, trok me uit het zand en zonder een woord te zeggen, troonde ze mij mee naar een vakantiehuisje aan het einde van het strand. De storm in mijn hoofd was niet gaan liggen, hij werd enkel erger toen ze de deur van de slaapkamer achter zich sloot en haar topje en slipje zonder enige vorm van gêne op de grond liet vallen. Ze keek naar mijn gespannen broek en knikte. ‘Het is oké. Alles is oké.’
Aarzelend schoof ik het enige kledingstuk om mijn lijf naar de grond, de aanraking van haar nu warme huid joeg een nieuwe schok door mijn lijf.
‘Laat het komen,’ zei ze zacht in mijn oor. Ik had geen keuze, ik kon niet anders dan haar de leiding laten nemen. Die eerste keer. En de tweede en derde keer. Pas bij de vierde keer durfde ik zelf iets te doen en Mira liet het toe. Ze vond alles goed. Ze leerde me dat ik zo onzeker niet moest zijn. Dat een man van twintig rijp genoeg is voor de liefde.
‘Luister je mee?’ vroeg ze toen ze de volgende dag naast mij op het bed lag en ik haar borsten eindelijk zonder aarzeling streelde.
‘Naar wat?’ vroeg ik.
De woorden van Rob de Nijs zweefden door de van zoete geuren doordrongen kamer. Ik sloot mijn ogen en luisterde. Ik lachte en knikte. ‘Het is zomer.’
‘Waarom ben je zo onzeker?’ vroeg ze.
‘Ik … weet het niet goed,’ zei ik. ‘Mijn … mijn ouders vin… vonden dat ik moest wachten tot ik de ware vond en getrouwd zou zijn. Dat ik eerder geen vrouw mocht bekijken.’
Ze lachte wrang. ‘Bestaat dat nog steeds?’ Een donkere schaduw vloog over haar gezicht.
‘Zij zijn er niet meer,’ fluisterde ik. ‘Maar jij bent wel de ware voor mij. Wil je met mij trouwen?’
Ze lachte kort en rekte zich uit. ‘Ik trouw nooit. Maar ik wil wel elke zomer naar hier komen. Onder de blauwe hemel, daar aan het pad waar ik jou heb ontmoet.’ Ze begon mij te kussen, angst dat ze mij zou verlaten, verlamde mijn lichaam.
‘Wat … wat bedoel je? Wil je niet bij mij blijven?’ Ik duwde haar van mij af, harder dan ik het bedoelde. ‘Was dit … was dit niets voor jou? Ben ik … gewoon een flirt?’
Ze staarde enkele tellen woordeloos naar mij, de eeuwige glimlach om haar mond was verdwenen.
‘Ik kan me niet binden,’ zei ze zacht. ‘Dat blijft toch niet duren.’
‘Maar …’ riep ik. Het hemelse gevoel dat bezit van mij had genomen sinds ik Mira vijf dagen geleden op het strand was tegen gekomen, dat enkel pieken had gekend sinds we bijna vier dagen het bed hadden gedeeld, lag aan gruzelementen.
‘Ben … ben ik niets voor jou.’
Ze schudde haar hoofd. ‘Jij bent heel veel voor mij, Pieter …’
‘Maar …’
Ze had niets meer gezegd, zat op de rand van het bed zonder mij nog aan te kijken. Ik was vertrokken, gebroken en had haar niet meer terug gezien.
Slechts met veel moeite had ik een leven opgebouwd en was niet meer terug geweest aan dit Spaanse strand.
Tot vandaag. Toevallig kozen mijn kinderen deze badplaats voor hun vakantie.
‘Ga mee, papa,’ hadden ze gezegd. ‘Het wordt tijd dat je weer buiten komt.’
Ik had toegegeven, niet wetend waar de reis naartoe ging, maar had de plek onmiddellijk herkend.
Ze is hier niet. Natuurlijk niet.
Ik ga zitten in het zand, zoals ik toen zat.
Ze zal haar handen niet voor jouw ogen doen.
Het is stil in mijn hoofd, dankbaar denk ik terug aan onze tijd samen. Ik was kapot toen ik haar verliet, besefte pas jaren later wat ze voor mij had betekend. De bevrijding die ze mij had geschonken, had mij de kans gegeven op een gelukkig leven. Met mijn vrouw en onze drie kinderen. Verlost van het juk van mijn ouders.
‘Dank je, Mira,’ fluister ik voor mij uit. Ik glimlach als de hoop dat ze er zal zijn voorbij vliegt, maar het leven heeft mij intussen geleerd dat sprookjes niet bestaan.
‘Daar ben je?’ hoor ik plots.
Moeizaam kruip ik overeind, loop naar mijn dochter, die vergezeld is van een jonge vrouw.
‘Een nieuwe vriendin?’ vraag ik. Ik schud haar hand, een schok gaat door mijn lijf als ik haar ogen zie.
Dat kan niet.
‘Meer dan dat,’ klinkt achter mij.
Het zand wordt mul onder mijn voeten, de hand op mijn arm voelt onverwacht bekend.
‘Mira?’ vraag ik, zonder om te kijken.
‘Dag Pieter.’
Ze is geen haar veranderd als ik mij omkeer.
‘Dit is Azzurra.’ Ze kijkt me lachend aan. ‘Zoals de kleur van onze hemel.’
***
Zo’n 100 kortverhalen behaalden finaleplaatsen in schrijfwedstrijden en werden in bundels gepubliceerd. Ook ultrakorte verhalen en gedichten behoren tot zijn dagelijkse bezigheid, vallen met grote regelmaat in de prijzen en worden wekelijks gepubliceerd in diverse media.
Sinds 2022 is hij zeer actief met Anne Verelst thrillers (Uitgeverij Neckar-LetterRijn):
10/22 - ‘ZEVEN’ (Winnaar Thrillzone-award debuut 2022, Shortlist beste Vrouwenthrillers 2022, longlist Bronzen Vleermuis, 3e plaats Publieksfavoriet Vrij Nederland Detective & thrillergids)
06/23 - ‘Paternoster’ (Longlist Zilveren Vleermuis, longlist Thrillzone Award, Top 10 Hebban Thrillercafé, Top 25 Beste Vrouwenthriller 2023 Vriendin Magazine, shortlist beste Vrouwenthriller 2023)
03/24 - ‘Het Woord’
03/25 – ‘Adem’
Andere publicaties:
02/23 - de thriller-novelle ‘Spijt?’ (LetterRijn)
04/23 - een bundel met ultrakorte verhalen ‘Plofkoekjes’ (Neckar)
Meer: www.lucvos.be
Kelly Driedijk heeft van jongs af aan een passie voor tekenen gehad. Wat begon met potlood of pen en papier is in de loop der jaren geëvolueerd naar het gebruik van een iPad met de app Procreate. Haar inspiratie haalt ze voornamelijk uit de natuur, maar haar tekeningen hebben altijd een stoer randje, vergelijkbaar met tatoeages.
Gefeliciteerd!
BeantwoordenVerwijderenGefeliciteerd!
BeantwoordenVerwijderen