Deadline inzendingen: 31 aug 23:59
Manuscript van het Jaar Nieuw!

Winaar augustus 2025


Het meisje en de dood

- Ana van den Berg - Illustratie: Esther Leenders -


Er is een bos dat zich schuilhoudt. Geen bordjes, geen paden, geen ontvangst op je telefoon. Alleen de geur van nat hout, het zachte kraken van de aarde, het geritsel van iets dat leeft maar zich nog niet laat zien. En daar zit Bo op een omgevallen boomstam, haar benen bungelend boven het mos. In haar hand houdt ze een potlood vast. Haar schrift ligt open op haar schoot, maar de bladzijde blijft leeg.
Ze schrijft alleen als ze voelt dat het nodig is. En vandaag - voelt ze vooral de wind.
Het is herfst, maar de bladeren houden zich nog vast. De lucht is zwaar van de regen die niet valt en Bo ademt diep in. Ze telt haar ademhalingen. Ze telt tot zeven en daarna begint ze opnieuw.
Dan - voelt ze het.
Niet dat er iets beweegt, niet dat er iemand aankomt. Maar de lucht verandert. Zachter, trager. Alsof de tijd zelf een stap achteruit zet. Ze kijkt op.
En ineens staat hij daar.
Geen voetstappen gehoord. Geen schaduw gezien. Hij is er gewoon… ineens. Als een gedachte die niet van haar is.
Bo knippert met haar ogen. Hij lijkt van rook, of van ochtendnevel, maar dan dichter. Zijn gezicht heeft geen lijnen, geen leeftijd. Alleen zijn ogen vangen haar. Grijsblauw als oud water. Ogen die alles al gezien hebben, en toch blijven kijken.
‘Wie ben jij?’ vraagt Bo.
Hij beweegt niet. Maar iets in haar borstkas weet het al.
Hij is de dood.
Hij draagt geen mantel. Geen zeis. Geen klok die tikt. Alleen een stilte die geen leegte is, maar ruimte.
Bo schuift opzij op de boomstam.
‘Je mag wel zitten,’ zegt ze.
Hij schudt zijn hoofd. Een zachte beweging, bijna onzichtbaar.
‘Ben je hier voor mij?’
De bomen zwijgen. De wind houdt de adem in.
Hij zegt niets. En toch voelt ze het.
Niet vandaag.
Ze knikt. Alsof ze het altijd al wist. En dan wijst ze naar de lege plek naast zich.
‘Dan blijf je toch gewoon even?’
En hij blijft.

Niet omdat het moet. Niet omdat het hoort. Maar omdat hij wil. Iets aan dit meisje, haar rust, haar stilte, maakt hem stil op een andere manier. Niet de stilte van het einde, maar de stilte van een begin.
Ze kijken samen naar een eekhoorn die zijn nootjes niet terugvindt. Bo glimlacht.
‘Ze vergeten het altijd,’ zegt ze.
Hij kijkt naar haar gezicht. Alsof hij iets probeert te onthouden.
De eekhoorn verdwijnt. Een blad dwarrelt naar beneden en landt op haar knie. Ze blaast het weg zonder het aan te raken.
En daar, in het niets bijzonders van een gewone herfstdag, begint iets.
Een gesprek zonder woorden. Een vriendschap tussen leven en dood.
Hij komt iedere dag terug. Bo weet niet hoe laat, want de tijd is anders als hij in de buurt is. Uren lijken korter, of langer, of.. alsof ze helemaal niet bestaan. Ze voelt het als hij komt. Niet aan geluid, niet aan geur. Maar aan het ritme van de wereld, dat ineens zachter wordt. Alsof alles ineens buigt.
Soms zit ze al klaar. Soms vindt hij haar liggend in het gras, ogen dicht, handen achter haar hoofd. En soms wandelt ze en vindt hij haar onderweg. Dan lopen ze samen. Langs het moeras waar libellen als gedachten boven het water hangen. Langs een ven dat dampt bij ochtendlicht. Over boomwortels die als aderen door de aarde slingeren.
Ze praat. Niet veel. Niet druk. Maar precies genoeg. Ze vertelt hem dat ze haar vader niet meer ziet. Dat mensen verdwijnen zonder te sterven. Dat haar moeder soms huilt in de keuken als ze denkt dat Bo slaapt. En dat ze ooit wil weten waarom sommige mensen bang zijn voor dingen die zacht zijn.
Hij luistert. Altijd. En als hij antwoordt, is het zonder woorden. Een rilling door de lucht. Een tinteling in haar hand. Een vogel die ineens dichtbij zingt.
‘Wat ben jij eigenlijk?’ vraagt ze op een dag. Ze zitten aan de rand van een open plek, waar zonlicht op haar wangen valt. ‘Ben je verdriet?’
Hij kijkt haar aan.
Ze voelt het antwoord.
Nee. Hij is geen verdriet.
‘Ben je dan stilte?’
Ook dat niet.
‘Of ben je... liefde?’
Daar verandert iets. Niet in zijn gezicht, maar in de lucht. Alsof de zon even helderder schijnt.
Bo knikt.
‘Ik snap het,’ zegt ze, zonder het echt te begrijpen. Maar ze voelt dat het klopt.
Ze plukt een grasspriet en wrijft ermee over haar lippen.
‘Als jij de dood bent,’ fluistert ze, ‘waarom voel jij dan niet als het einde?’

Hij draait zich naar haar toe. Zijn hand — of wat voor hand moet doorgaan — komt dichterbij. Net niet rakend. Een adem van afstand.
Ze begrijpt ineens:
Het einde is alleen het einde voor wie blijft.
Voor wie gaat, is het iets anders.
Ze kijkt op. Haar ogen glanzen.
‘Ik ben blij dat jij niet bent zoals op tv,’ zegt ze.
Hij lacht niet, maar iets in hem gloeit. Iets ouds dat lang geslapen heeft.
Dan staan ze op. Ze wandelen verder. Geen bestemming, geen kaart. Alleen stappen in het mos, fluisterende bladeren, en ergens een meisje dat zich niet meer alleen voelt.
Bo weet niet waar hij woont. Of hij überhaupt ergens thuishoort. Maar zolang hij naast haar loopt, voelt de wereld minder hard.
En hij?
Hij loopt.
Omdat hij wil blijven voelen hoe het is om te leven
Deze stille ochtend regent het zacht. Geen regen waar je nat van wordt, maar van die fijne druppels die blijven hangen op je wimpers en je gedachten. Bo loopt op blote voeten door het bos. De grond is koud, maar ze houdt ervan hoe het voelt, alsof de aarde zelf ademt.
Hij is er al. Niet zichtbaar, maar ze weet het. Ze voelt het in haar schouders, in de stilte tussen twee vogels in. Hij wandelt een paar passen achter haar, zoals altijd. Niet opdringerig, nooit dichtbij. Maar ook nooit ver weg.
Bo draait zich om.
‘Heb jij ooit spijt?’ vraagt ze.
Er is een trilling in de lucht, alsof hij schrikt van de vraag.
‘Dat je iemand te vroeg hebt meegenomen. Of te laat. Of dat je iemand hebt gehaald terwijl die nog een brief wilde schrijven. Of een taart wilde bakken. Of iemand wilde zeggen dat het hem spijt.’
Ze blijft staan.
De regen glinstert op haar haren. Haar ogen zijn helder.
Hij laat zich zien. Zijn vorm tekent zich af tegen de grijsblauwe bomen. Wazig. Zoals adem tegen een koud raam.
Bo voelt het antwoord nog voor het komt.
Hij heeft geen spijt.
Niet omdat het hem niets kan schelen. Maar omdat spijt alleen bestaat in tijd, en hij leeft buiten tijd.

‘Maar als je buiten de tijd leeft,’ zegt Bo, ‘hoe kun je dan weten wanneer je moet komen?’
Hij kijkt haar aan.
Zij voelt het: er is geen wanneer. Alleen een weten.
Ze begrijpt het niet met haar hoofd, maar met haar buik. Alsof het daarbinnen één seconde stil wordt, en daarna een beetje lichter.
Ze hurkt in het gras. Haar knieën nat, haar handen om een dennenappel.
‘Ben jij eenzaam?’
Een blad valt. Niet van boven, maar recht voor haar voeten.
Dat is het antwoord.
Bo kijkt naar haar handen. Naar de rimpels die nog moeten komen.
‘Ik denk dat ik dat ook wel eens ben,’ zegt ze zacht. ‘Ook als mensen denken dat ik blij ben. Of grappig. Of slim.’
Hij beweegt niet. Maar de bomen knikken. Eén voor één.
‘Zou je...’ ze aarzelt, ‘zou je ook vrienden mogen zijn met iemand van het leven?’
Hij lijkt te willen glimlachen, maar zijn gezicht kent geen spieren.
Toch voelt ze het.
Ja.
Ze staat op en pakt haar schrift. Het papier is een beetje nat geworden, maar dat maakt haar niets uit. Ze begint te schrijven, midden op de bladzijde:

"Voor wie denkt dat de dood ver weg is:
hij wandelt soms naast je,
en zegt niks.
En toch voel je hem.
En soms...
voelt dat niet verkeerd."

Ze laat de pagina open, zodat hij het kan lezen.
Zijn aanwezigheid verandert. Zachter nog dan voorheen.
En dan loopt ze verder. Hij volgt. Zoals altijd.
Maar vandaag... een fractie dichterbij.
Er hangt een lichte nevel tussen de bomen, als een adem die nergens vandaan lijkt te komen. Bo loopt met haar schoenen in haar hand. Ze vindt het fijn om de modder tussen haar tenen te voelen. Als bewijs dat ze leeft.
Hij is er weer. Ze voelt het voordat ze hem ziet. Zoals altijd. Maar vandaag... is hij anders. Stiller , zwaarder, misschien. Alsof iets hem vasthoudt dat niet te zien is.

Bo blijft staan.
‘Wat is er?’ vraagt ze.
Hij antwoordt niet.
Maar ze voelt het: hij twijfelt.
Dat kent ze niet van hem. Hij is altijd zacht geweest, stil, maar zeker. Alsof hij altijd wist wat moest gebeuren. Vandaag niet. Vandaag trilt de lucht om hem heen als water waarin een steentje is gegooid.
Bo draait zich naar hem toe.
‘Mag ik je iets laten zien?’ vraagt ze.
Hij beweegt niet. Maar iets in de bladeren fluistert: ja.
Ze neemt hem mee. Langs het kronkelpad, over de oude brug van gebroken stenen. Tot ze bij een ven komen. Het stille water waar ze soms in kijkt als ze niet weet wie ze is.
Ze knielt bij de oever en wijst naar haar spiegelbeeld.
‘Kijk,’ zegt ze, ‘ik ben niet altijd blij. Soms lach ik omdat het zo hoort. Soms zeg ik "gaat wel", terwijl het niet gaat. En soms voel ik me leeg. Gewoon… leeg.’
Ze kijkt hem aan.
‘En toch leef ik. Toch voel ik. En dat is genoeg. Denk ik.’
Hij komt dichterbij dan ooit. Zijn vorm weerspiegelt in het water naast die van haar. Maar zijn beeld beweegt anders. Trager. Als een herinnering die niet meer klopt.
Bo legt haar hand op haar borst.
‘Wat voel jij daar?’ vraagt ze.
Er is stilte. Maar niet leeg.
Dan voelt ze iets in haar buik. Een soort warmte. Iets wat niet van haar is, maar ook niet helemaal vreemd.
Ze begrijpt het niet in woorden. Maar ze weet: hij herkent het.
Hij kijkt in het water. Niet naar haar, maar naar zichzelf.
En heel even... lijkt hij te schrikken van wat hij ziet.
Bo fluistert:
‘Je bent niet alleen meer.’
Zijn vorm flikkert even. Niet van angst. Van emotie. De zachte soort. De soort die je niet benoemt, omdat ze stuk zou gaan als je haar uitspreekt.
Ze zitten daar een tijdje.
Bo.
En de dood.
Twee schaduwen in het water. Twee zielen zonder tijd.
En wanneer ze opstaat, is hij een beetje lichter.

De dagen worden korter. De zon hangt lager tussen de bomen en werpt lange schaduwen over het pad. Bo merkt het aan de vogels: ze zingen anders. Zachter. Alsof ze afscheid nemen van het licht.
Hij komt minder vaak nu.
Ze voelt het. De stilte blijft langer stil. De plekken waar hij normaal naast haar wandelt, zijn leeg. De lucht is er nog wel, de bomen ook. Maar het gewicht van zijn aanwezigheid is weg.
Bo loopt alleen. Maar toch ook niet.
Op een middag zit ze op hun boomstam, haar knieën opgetrokken, haar hoofd rustend op haar armen. Ze kijkt naar het pad alsof ze hem terug kan denken. De lucht is blauwgrijs, stilstaand. Alles houdt zich in.
Dan voelt ze hem.
Niet als aanwezigheid naast haar. Maar in haar. Als een trilling achter haar ribben, als een herinnering die nog niet voorbij is.
‘Je bent er,’ zegt ze zacht.
Hij staat niet zoals anders. Niet op afstand. Hij is dichterbij dan ooit. Zijn vorm is helder, alsof het bos hem wil laten zien. En zijn ogen… zijn ogen zijn droevig, maar niet van spijt. Van betekenis.
Bo gaat rechtop zitten.
‘Is het tijd?’ vraagt ze.
Hij beweegt zijn hoofd nauwelijks. Maar het antwoord komt binnen als een vallend blad.
Niet voor haar.
Voor iemand anders.
Ze weet wie.
Ze knikt langzaam. De lucht wordt zwaarder. Maar haar hart blijft rustig.
‘Mag ik mee?’ fluistert ze.
Hij aarzelt. Voor het eerst.
Dan buigt hij zijn hoofd.
Ja.
Samen lopen ze door het bos. Niet langs de bekende paden, maar dieper. Waar het mos dikker is, en het licht zich verschuilt tussen takken. Bo voelt de stilte als een deken over haar schouders. Geen angst. Alleen eerbied.
Ze komen bij het huisje aan de rand van het bos. Bo kijkt door het raam. Binnen ligt haar oma. Klein geworden, bijna net zo licht als de lakens waarin ze ligt. De adem komt traag. Haar handen rusten open naast haar lichaam. Alsof ze iets heeft losgelaten.
De dood blijft op afstand. Bo stapt naar binnen. Ze pakt oma’s hand. Warm, maar slap. Ze buigt zich voorover en fluistert:
‘Ik ben hier. Je hoeft niet bang te zijn.’

Er is geen antwoord. Alleen adem, langzaam als een wiegelied. En dan… stilte.
Heel even, maar heel precies, verandert het licht in de kamer. Iets beweegt, al ziet Bo niets bewegen. Het voelt alsof er iets wordt opgetild wat geen gewicht heeft.
Bo kijkt op. Hij is daar.
Ze glimlacht. En hij ook — of iets dat daarop lijkt.
Dan verdwijnt hij.
Geen rook, geen geluid. Alleen leegte die niet leeg is. Een stilte die niet koud is.
Bo zit nog een tijdje naast haar oma. Dan sluit ze haar ogen en zegt zacht:
‘Dank je.’
En buiten, in het bos dat niets zegt, maar alles begrijpt, zingt één vogel.
Heel even.
En dan niets meer.
Maar Bo weet: hij is er nog.
Altijd.

***


Ana van der Berg is werkzaam in de Uitvaartzorg en schrijft onder ander over afscheid en vergankelijkheid. Met dit verhaal wil ze niet alleen raken, maar ook een stap zetten richting haar wens om als schrijver te debuteren.

Esther Leenders woont in Tilburg en werkt voor een culturele instelling. Daarnaast waagt ze zich aan het schrijven van korte verhalen en het maken van illustraties. Haar ‘geheime wapens’ zijn naald en garen, - waarmee ze alles borduurt behalve vogels en bloemen.

Reacties

  1. Ana, gefeliciteerd! Ik werd weliswaar stil van je verhaal. Zo treffend mooi geschreven.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Wauw. Gefeliciteerd Ana! Zo mooi. Mooie illustratie ook! Love this. ❤️

    BeantwoordenVerwijderen
  3. Gefeliciteerd! Alleen jammer dat al die patronen en herhalingen in dit verhaal me doen vermoeden dat ChatGPT een grote rol heeft gespeeld...

    BeantwoordenVerwijderen
  4. Sorry maar ik heb dit verhaal helemaal zelf geschreven zonder hulp van wie of wat dan ook. Ik heb wel een schrijversopleiding gevolgd.

    BeantwoordenVerwijderen
  5. Gefeliciteerd, Ana! Wat een mooi verhaal, heel bijzonder!
    Verder vind ik het jammer dat de Anoniempjes zich weer roeren met hun ChatGPT-beschuldigingen. Is het nu zo moeilijk om te geloven dat dit prachtige verhaal uit iemands eigen koker kan komen? Zulke aantijgingen ondermijnen het creatieve schrijfproces van ieder van ons en ze zetten een onnodige domper op het succes van de winnaar.

    BeantwoordenVerwijderen
  6. Kunnen we niet afspreken dat als een lezer de schrijver beschuldigt van van ChatGpt-gebruikt dat hij dan zijn beschuldiging onderbouwt? Zomaar iets roepen zonder ook maar enige bewijs, of zelfs maar aanwijzing is beledigend voor de schrijver. De drie winnaars van deze wedstrijd worden elke maand op deze site gepubliceerd en de winnaars zijn gekozen door een 10-koppige jury die de verhalen beoordeelt zonder de naam van de schrijvers te kennen. Het kan best zijn dat een anonieme reagluurder het beter weet dan die jury, maar lever dan gelijk het bewijs erbij!

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. "Het kan best zijn dat een anonieme reagluurder het beter weet dan die jury."

      Het is juist de jury waar de vergelijking met chatGPT is ontstaan.

      De herhalingen in de dichterlijke stijl en het verder lichte plot zijn daar de reden voor. Behalve bij een jurylid dat het verhaal als chatGPT beschreef waren er ook anderen die die elementen gebruikten.

      Buiten dat wel een mooi verhaal. De dichterlijke stijl gaat een klein beetje richting het randje van overdreven, maar is ook wel mooi en aangenaam. Verder is het ook een leuk idee van die vriendschap tussen het meisje en de dood waar enorm veel symboliek aan kan worden opgehangen. En het bos is een mooi omschreven omgeving.

      Verwijderen
  7. Ana, van harte gefeliciteerd!

    BeantwoordenVerwijderen
  8. Wat een mooi liefdevol verhaal. Zo mooi om vriendschap met een einde of een begin beschreven te zien.

    BeantwoordenVerwijderen
  9. In een woord prachtig!!!!

    BeantwoordenVerwijderen
  10. Wat een prachtige verhalen weer! Ik lees ze iedere maand met veel genoegen. Zelf ontbreekt het mij helaas aan de inspiratie om een keer wat in te sturen. Bovendien wil ik de jury niet extra belasten – die hebben het al druk genoeg, lijkt me.

    Sinds mijn pensioen heb ik alle tijd om te lezen, en ik vroeg me af: als de eerste drie verhalen zó goed zijn, waarom niet de hele shortlist publiceren? Dan hebben lezers meer leesvoer en krijgen we bovendien beter inzicht in de motivatie van de jury. Ik stel me voor dat dit op een aparte pagina zou kunnen, die telkens een maand beschikbaar is en daarna plaatsmaakt voor de nieuwe shortlist.

    Het is maar een suggestie, maar misschien leuk om te overwegen.

    Hartelijk dank voor al het moois dat jullie maandelijks brengen.

    Met vriendelijke groet,
    Mirjam Jansen van Vliet

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. Wat een goed idee!! ❤️

      Verwijderen
    2. Karl Reakaard Leonard Da Silva26 augustus 2025 om 19:14

      Ik vind dit geen goede suggestie. De reden hiertoe is dat deze maand het winnende verhaal voor mij aanvoelt als lege poëzie, in plaats van als een echt verhaal. Hetzelfde geldt voor de derde plek. Vaker ben ik niet te spreken over de gepubliceerde verhalen, aangezien deze vaak een hoog gehalte sentimentaliteit bevatten. Ik hoop dat hier begrip voor is en ik wil de winnaars van deze maand graag feliciteren.

      Verwijderen
    3. Heel goede opmerking. Ik ben het hier helemaal mee eens.

      Verwijderen
  11. Zo mooi… en wat een prachtige zin: dat mensen verdwijnen zonder te sterven…
    Gefeliciteerd met de eerste plaats!

    BeantwoordenVerwijderen
  12. De authenticiteit en oprechtheid waarmee mensen hun verhalen inleveren is van essentieel belang voor het bestaansrecht van dit blog.
    Het redigeren van je verhaal door een door AI aangestuurd taalmodel lijkt mij geen probleem mits het verhaal een authentiek en autonome handtekening behoud.
    Het is voor de jury ondoenlijk om alle verhalen op AI te controleren omdat de verschillende AI modellen daar ook weer niet eenduidig over zijn.
    Het lijkt me dat we moeten kunnen vertrouwen op de eerlijkheid van de schrijvers zelf.

    En ja, dit verhaal zou door een AI-model geschreven kunnen zijn, vooral door een geavanceerd model dat getraind is op literaire teksten of creatieve prompts. Modellen zoals Grok kunnen verhalen genereren met een vergelijkbare poëtische stijl, emotionele diepte en consistente verhaallijn.
    Echter, er zijn geen specifieke aanwijzingen in de tekst die definitief bewijzen dat het door AI is geschreven (zoals herhalende patronen, onnatuurlijke formuleringen of inconsistente logica). Evenmin zijn er duidelijke tekenen dat het uitsluitend door een mens is geschreven, zoals unieke persoonlijke referenties of specifieke culturele context die alleen een menselijke auteur zou kennen.

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. Is dit door een AI geschreven? Het lijkt me wel. Het is duidelijk dat deze AI de herhalende patronen in de tekst gemist heeft. Bovendien is de informatie overcompleet, zoals we bij een AI gewend zijn.

      Verwijderen
    2. Het lijkt mij niet door AI geschreven. Dan was de interpunctie meer consistent geweest

      beletseltekens: ... en …
      gedachtenstreepjes: - en –

      (Tenzij dit moedwillig is aangepast; al had bij een dergelijke ingenieuze werkwijze de tekst zelf ook wel wat meer onder handen genomen zijn. "Inkoken" zoals een van de juryleden het noemde.)

      De tekst heeft wel iets weg van een AI stijl, alsof het te veel makeup heeft. Het is niet omdat het zo mooi geschreven is, niet omdat AI goed zou zijn, maar de overdreven en herhaaldelijke toeters en bellen. Maar er is iets tussen de regels, iets wat zich noet laat zien. Een AI zou waarschijnlijk niet zoveel 'niet', 'maar', 'als', 'alsof', 'geen' en 'iets' gebruiken.

      Verwijderen
    3. Ah, ik dacht dat ik nog de reactie kon wijzigen. Ik wilde nog toevoegen dat ik het verhaal aangenaam vond en jaloers was op de mooie zinnen.

      Verwijderen
  13. Zoals altijd verkiest de jury weer middelmaat en sentiment boven literaire voortreffelijkheid.

    BeantwoordenVerwijderen
  14. En zoals altijd worden vervelende opmerkingen anoniem geplaatst

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. Ah zo'n club is dit dus? Een club die zichzelf feliciteerd met de winst? En vervolgens alle kritiek wegzet als "vervelende opmerkingen"? Oké. Helder. Hier wil ik hier niet bij horen. ADIEU IDIOTS?

      Verwijderen
    2. Beste naamgenoot,

      U trekt nogal snel de conclusie dat kritiek een probleem is.

      Het kan ook liggen aan de manier waarop de kritiek wordt gebracht.

      Nee, het *is* de manier waarop de kritiek wordt gebracht.

      Idiots? Is dat een volwassen manier van praten die duidt op iemand die literaire voortreffelijkheid kan voortbrengen?

      Verwijderen
  15. Schrijven is een passie, dat doe je vanuit gevoel toch? Om je eigen hersenspinsels op papier te zetten. Waarom zou iemand dit mooie creatieve proces over laten nemen door chat GPT? Om hier bij verhaal van de maand te kunnen winnen? Dat is toch een belachelijke gedachte.
    Ik vind het zo jammer voor de verhalenschrijvers dat ze dit iedere keer om de oren krijgen..
    Wellicht wordt chat gpt ter inspiratie gebruikt, om teksten te verbeteren, whatever… zeggen jullie ook tegen de ambulance verpleegkundige dat de reanimatie niet goed was omdat hij het niet met spierkracht heeft gedaan maar met een apparaat? Gebruiken jullie nog steeds een encyclopedie om iets op te zoeken? Nog steeds een woordenboek voor de juiste spelling? Daar gebruiken we toch allemaal nieuwe technieken voor?

    BeantwoordenVerwijderen
  16. "dat ze dit iedere keer om de oren krijgen"

    Het chatGPT verwijt wordt groter gemaakt dan het is.

    Het is geen verwijt dat het verhaal op een valse manier tot stand is gekomen. De jury heeft het notabene de eerste prijs gegeven (ondanks de karakterisering als GPT door een van de juryleden).

    Ja het verhaal heeft wat weg van GPT*, maar nee dat was niet genoeg om tot lage cijfers te leiden.

    Het lijkt ook een beetje een taboo te werpen op negatieve commentaren. Juryleden mogen toch best wel kritiek kunnen leveren op een verhaal? Als iemand het verhaal als chatGPT over vindt komen dan is dat zo. Dan kun je of gaan klagen dat zo'n persoon zijn mening moet veranderen (wat weinig zin heeft), of je laat het voor wat het is (misschien pas je toekomstige verhalen wat aan, mischien negeer je het).

    ------

    *Het gaat dan niet om spelling en techniek. Het is de stijl van het verhaal die aan GPT doet denken. GPT doet daarin hele andere dingen dan een encyclopedie of woordenboek, en het kan complete verhalen kant en klaar voorschrijven. Het verhaal heeft wat weg van zulke GPT-kitsch. Of dat nou door chatGPT is gedaan of niet, dat doet er niet toe.

    BeantwoordenVerwijderen
  17. Ik vind dit prachtig. Ga zo door.

    BeantwoordenVerwijderen
  18. Plaats iedere maand de volledige shortlist zoals eerder werd voorgesteld op een aparte shortlist page. Dan is de frustratie tolerantie ook een stuk beter 🌹

    BeantwoordenVerwijderen

Een reactie posten